Rocamadour was – en is nog steeds – een belangrijk bedevaartsoord. Veroordeelden werden er vanuit heel Frankrijk heen gestuurd met – letterlijk – een blok aan het been. Wie de tocht overleefde en ginder op zijn kniëen alle trappen beklom, werd van zijn last bevrijd en mocht zich weer een vrij man noemen. Rocamadour is steil tegen de heuvel aan gebouwd, zodat het lijkt of de gebouwen op elkaar staan. De straatjes zijn smal en gezellig druk, maar wel erg toeristisch. Een wandeling met gids is een aanrader.
Vlakbij het eigenlijke stadje zijn er twee attracties die, zeker met kinderen, de moeite waard zijn: de Fôret des singes en het Parc Ornitologique Midi-Pyrenée. Op de eerste locatie wandelt u tussen de makaken, op de tweede tussen de vogels: gieren, valken, uilen, arenden…
Vanuit Rocamadour vertrekt er een interessante, niet te moeilijke wandeling van zo’n 12 km. De wandeling brengt u in de vallei van de Alzou en de Ouysse, en langsheen twee gouffres. In de Gouffre de Cabouy komt een ondergrondse rivier boven, die blijkbaar nogal in trek is bij duikers. De Gouffre de Saint-Saveur is eerder een echte bron en ziet er met zijn laguneblauwe heldere water helemaal anders uit. Na een uur of vier rustig wandelen staat u weer in Rocamadour. Tijd voor een hapje en een drankje.